
Kuddegedrag?
Als eigenaar van een handelsorganisatie tussen Nederland en China word ik dagelijks geconfronteerd met een imago wat is ontstaan vanuit onze eigen hebberigheid. Zo hoor ik: ach, China, alleen maar troep! Op dat moment weet ik weer met wie ik aan tafel zit; een ondernemer die denkt en liever niet wil weten. Onderzoek kost immers tijd, tijd kost immers energie. Nee, geen energie steken in onderzoek, gewoon aannemen dat China het land van de troep is.
Chinezen werken harder dan Europeanen en willen de best mogelijke service verlenen. Hoe kan het dan dat er zoveel troep uit China komt?
Ik geef u het volgende praktijkvoorbeeld vanuit mijn eigen organisatie. Bedrijf A wil een product liever in China laten produceren omdat het wellicht financieel aantrekkelijk is. Binnen een week ligt de offerte op tafel. De prijs ligt 2,5 keer onder de Nederlandse prijs met extra voordelen daarbij inbegrepen. De desbetreffende fabriek heeft de zaken op een dusdanige manier op orde dat ik twijfel of enige Nederlandse partij daaraan zou kunnen tippen. Maar dat terzijde.
Wat is de reactie van de ondernemer in kwestie? Wellicht moet ik nog een keer achter de tekentafel om ergens nog wat gewicht van het product af te halen zodat het nog iets goedkoper kan... Kijk, hier gaat het fout! Een Chinese producent zal akkoord gaan met de verandering, maar wij als organisatie niet. Balans tussen kwaliteit en prijs is niet alleen belangrijk, wat mij betreft essentieel. Het lijkt dat wanneer men eenmaal aan de prijsvoordelen snuffelt, alles gratis opgesnoven moet worden.
Dus; Hebberigheid van het westen laat China zo nu en dan troep produceren? Ja, laten we het maar eens van die kant bekijken!
Imago en identiteit ligt bijna altijd ver uiteen. Liever niet onderzoeken, aannemen is toch veel gemakkelijker?!